Een VPN instellen begint met de stap om je te abonneren op een VPN dienst. Dit zodat je hierna de app kunt installeren op je apparaat. Vervolgens open je de app en hierna log je in met de juiste inloggegevens. Als laatste verbind je met een server naar keuze. Als je handmatig wilt configureren op Windows of Android ga je naar de netwerkinstellingen. Hier kan een nieuwe VPN-verbinding opgezet worden en is het mogelijk om de gegevens van je VPN-aanbieder in te vullen.

VPN-app gebruiken
- Abonneren: Als eerste sluit je een abonnement af voor een betrouwbare VPN dienst.
- Downloaden en installeren: Vervolgens download je de officiele VPN-applicatie voor jouw eigen apparaat. (Windows, Android, iPhone)
- Inloggen: Daarna open je app en login met de gegevens van je eigen account.
- Verbinden: Ten slotte kies je een locatie van de server uit de beschikbare lijst. Vervolgens tik je op de knop om de verbinding op te zetten.
Handmatig instellen op een apparaat
De stappen om een VPN handmatig in te stellen zijn verschillend per besturingssysteem. Toch is er een overeenkomstig patroon welke gevolgd kan worden.
Windows
- Ga naar Instellingen > Netwerk en internet > VPN.
- Klik op ‘VPN toevoegen’.
- Vul de VPN-gegevens in welke je van je aanbieder hebt ontvangen.
- Klik op ‘Opslaan’.
- Klik vervolgens op de gemaakte VPN-connectie en kies ‘Verbinden’.
Android
- Open de instellingen op je apparaat.
- Navigeer naar ‘Netwerk en internet’ > VPN.
- Tik op het ‘+-symbool’ of kies voor VPN toevoegen.
- Vul de gegevens in van je VPN-aanbieder. Deze zijn terug te vinden op de website van je provider.
- Tik op ‘Opslaan’ en tik vervolgens op de schuifknop om de VPN te verbinden.
iPhone (iOS)
- Ga op je iPhone naar ‘Instellingen’.
- Ga naar het kopje ‘Algemeen’.
- Ga naar beneden en kijk bij ‘VPN’.
- Tik op ‘Voeg VPN-configuratie toe’
- Vul hier de benodigde gegevens in van je VPN-provider.
- Tik op ‘Gereed’ en je instellingen zijn nu opgeslagen.

Benodigde informatie om in te vullen
- Naam van de server
- Hostnaam van de server (dit is het IP-adres van de server)
- Type provider (bijvoorbeeld IPsec)
- Type verificatie (voorbeelden zijn: gebruikersnaam en wachtwoord inlog of een vooraf gedeelde sleutel)
- Gebruikersnaam en wachtwoord